Terug naar overzicht
Piet Pijn
Schilder Piet Pijn (Den Haag, 11 maart 1926) begon als beeldhouwer. Als katholieke kunstenaar maakte hij voornamelijk beelden voor kerken en kerstgroepen voor kloosters. Als 'wonderkind' behaalde hij al op veertienjarige leeftijd prijzen. Zijn opleiding deed hij aan de Koninklijke Academie in Den Haag waar hij tevens lid was van de beroemde kunstenaarsvereniging Pulchri.
Het echtpaar Piet en Mia Pijn vertrok in 1964 naar Groningen, "omdat Piet daar een aanstelling aan de academie Minerva kreeg', aldus zijn echtgenote Mia Pijn-Van der Hoeven. Daar zou hij de 'vader en grootvader van de 'noordelijke realisten worden', die typische figuratieve stroming waar Minerva vermaard door is geworden. In het verbreiden van dat 'Minerva-realisme' werd hij gevolgd door Minervadocenten Matthijs Röling, Diederik Kraaijpoel en Wout Muller.
Piet Pijn was ook de leraar van Henk Helmantel en van bekende figuratieve noordelingen als Michael Buter, Hans Feyerabend en Peter Durieux. Zijn naam bleef ook na zijn afscheid in 1984 jarenlang een begrip. Wie echt wilde leren schilderen, kon het beste bij Piet Pijn terecht, was de algemene opvatting.
Gedreven docent
Piet Pijns reputatie gold vooral in de tijd toen Minerva nog een 'ouderwetse' schilderacademie was, waar studenten, in tegenstelling tot veel andere kunstacademies grondig les kregen in hoe je een potlood en kwast diende te hanteren. Adjunct directeur Ben Vierdag van Minerva, die nog les kreeg van Piet Pijn: "Piet was vooral erg goed in vormstudie, in compositie en hoe kleuren op elkaar inwerken. Daarvoor greep hij dan terug op de theorieën van Bauhaus. Als docent was hij een heel markante figuur van wie vooral voor de eerstejaars studenten een grote stimulans uitging. Een gedreven docent, ook. Zo nam hij ons bijvoorbeeld mee naar Schiermonnikoog om te schilderen en te tekenen. Als we terug waren begon hij na het eten meteen met het bespreken van het gemaakte werk. Dat duurde dan wel tot twaalf uur middernacht.
Exposeren deed Piet Pijn nauwelijks. Zijn studenten wisten amper hoe hun docent zelf schilderde. 'Hij had het gevoel dat hij door te exposeren teveel beïnvloed zou worden. Hij wilde onafhankelijk blijven', aldus Mia Pijn. In alle stilte schilderde hij een indrukwekkend oeuvre bij elkaar. 'Wel duizend schilderijen, met een voorkeur voor naakten, waarvoor ik vaak poseerde', aldus zijn echtgenote.
Bron: Eric Bos, Nieuwsblad van het Noorden, 2002
Het echtpaar Piet en Mia Pijn vertrok in 1964 naar Groningen, "omdat Piet daar een aanstelling aan de academie Minerva kreeg', aldus zijn echtgenote Mia Pijn-Van der Hoeven. Daar zou hij de 'vader en grootvader van de 'noordelijke realisten worden', die typische figuratieve stroming waar Minerva vermaard door is geworden. In het verbreiden van dat 'Minerva-realisme' werd hij gevolgd door Minervadocenten Matthijs Röling, Diederik Kraaijpoel en Wout Muller.
Piet Pijn was ook de leraar van Henk Helmantel en van bekende figuratieve noordelingen als Michael Buter, Hans Feyerabend en Peter Durieux. Zijn naam bleef ook na zijn afscheid in 1984 jarenlang een begrip. Wie echt wilde leren schilderen, kon het beste bij Piet Pijn terecht, was de algemene opvatting.
Gedreven docent
Piet Pijns reputatie gold vooral in de tijd toen Minerva nog een 'ouderwetse' schilderacademie was, waar studenten, in tegenstelling tot veel andere kunstacademies grondig les kregen in hoe je een potlood en kwast diende te hanteren. Adjunct directeur Ben Vierdag van Minerva, die nog les kreeg van Piet Pijn: "Piet was vooral erg goed in vormstudie, in compositie en hoe kleuren op elkaar inwerken. Daarvoor greep hij dan terug op de theorieën van Bauhaus. Als docent was hij een heel markante figuur van wie vooral voor de eerstejaars studenten een grote stimulans uitging. Een gedreven docent, ook. Zo nam hij ons bijvoorbeeld mee naar Schiermonnikoog om te schilderen en te tekenen. Als we terug waren begon hij na het eten meteen met het bespreken van het gemaakte werk. Dat duurde dan wel tot twaalf uur middernacht.
Exposeren deed Piet Pijn nauwelijks. Zijn studenten wisten amper hoe hun docent zelf schilderde. 'Hij had het gevoel dat hij door te exposeren teveel beïnvloed zou worden. Hij wilde onafhankelijk blijven', aldus Mia Pijn. In alle stilte schilderde hij een indrukwekkend oeuvre bij elkaar. 'Wel duizend schilderijen, met een voorkeur voor naakten, waarvoor ik vaak poseerde', aldus zijn echtgenote.
Bron: Eric Bos, Nieuwsblad van het Noorden, 2002
Website: www.pietpijn.nl